Ooit las ik de Groene Amsterdammer van begin tot eind, tegenwoordig lees ik enkel de columns van Marja Pruis, die ogenschijnlijk over literatuur schrijft. Ik zou willen dat Marja Pruis een dagboek ging schrijven, en daarin leest ze dan af en toe een boek. Ik ben vooral benieuwd naar wat iemand schrijft, de selectie die iemand noodgedwongen maakt uit de veelheid aan ervaringen, gedachten, herinneringen, gebeurtenissen, beschikbare informatie op een dag.
Ik denk dat ik de Groene Amsterdammer niet meer gulzig lees omdat nieuws en opinie niet voor mijn ziel zorgen. Wanneer stop je? De man die Rusland verzaakte tijdens de openingsceremonie is dood. The man responsible for operating the Olympic Rings during last night’s Winter Olympics opening ceremony in Russia was found dead today.
Wat ik me herinner uit een dagboek, wat me vrolijk stemde en nog steeds vrolijk stemt, was dat iemand schreef over de introductie van verkeerslichten, op een dag stonden die er. Dat dingen er ooit niet waren, en dat niettemin alles is zoals het is (= vanzelfsprekend lijkt), ervaar ik als belangrijk, zonder te weten waarom. Alles is niet zomaar.
Vandaag stroomt alles, water, energie, pixels. Gisteren La Grande Bellezza binnengehaald. Ik kijk gehaast, in brokstukken, alsof ik bang ben dat het binnenkort stopt, dit vrijelijk stromen. Moeiteloos scroll ik door de film zoals ik door alles scroll: op zoek naar de scene waar de performancekunstenaar zich naakt tegen een muur werpt en de journalist er verveeld naar kijkt.
Tot voor kort geloofde ik in geld, geloof is noodzakelijk, anders stort het systeem in. Bitcoin maakt transacties mogelijk tussen partijen die elkaar NIET vertrouwen. Mensen (tussenpersonen) zijn niet nodig, banken niet, de staat niet, elke computer kan functioneren in dit systeem, ook mijn koelkast. Geloof, vertrouwen, is niet langer nodig, dat is een paradigmashift.