Dicht bij je gevoel blijven, alsof dat goed zou zijn, een verdienste, wie dat beweert kent de afgrond niet, de angst, eenzaamheid, radeloosheid, grondeloosheid. Nee, weg ervan, het stoïcijns néér staren, ratio tegen resten reptiel, pure wilskracht. Niet verdoven… doorzitten, opeten, uitspugen, rechtop, met een poker face: this is the end, hold your breath and count to ten, no safety or surprise, the end. Ride the snake, his skin is cold, this is the end. Face it all, and hear my heart, hear heaven, burst again.
[Kom naar me toe, appt ze. Vier korte woordjes, mijn serum, mijn extra leventje, mijn wapen, mijn schone witte zakdoek. Die ik kan gebruiken voor overgave en om mijn neus te snuiten, heerlijk veel functie voor een lapje stof.]