Misschien moet je bijgelovig zijn om op het juiste moment uit het raam te kijken. Een ander zou kunnen denken: ze keek continu uit het raam, waardoor het talent voor het juiste moment samenvalt met alomaanwezigheid. Ze zat er altijd – ook toen er wat bijzonders gebeurde. De jonge, nieuwe, verse, van-niets-wetende vogeltjes vlogen uit.
Toen ik naar huis fietste na de theatervoorstelling Hannah en Martin, over Hannah Arendt en Martin Heidegger, stond een stapel vuilniszakken in brand. Omdat de voorstelling over het Kwaad handelt en het Kwaad er niet in zit dat vuilnismannen staken maar in de onverschilligheid van de toeschouwer, was dat een ongemakkelijk moment.
Er was een stoere brandweerman, alleen, in het donker. Zie je, de wereld redt het prima, stelde ik mijzelf gerust. Die twee pimpelmeesjes hebben wekenlang ijverig heen en weer gevlogen en nu is daar mijn beloning voor niets doen, voor elke dag heel nauwkeurig naar buiten kijken.
Lineke Rijxman (‘Hannah’) in het nagesprek. Ze maakt geen documentairetheater, hoewel de nagespreksleider dat bijzonder graag wil en er steeds op terugkomt. Ze maakt persoonlijk, onderzoekend theater. Ze essayeert, zou ik zeggen, omdat ik in het hokje denk waar Rijxman niet in wil. Niemand wil dat. De vink die moet leren zingen niet.
Rijxman wil weten wat Hannah Arendt nu met haar doet, hoe het nu zit, steeds die nadruk op nu – ‘het is nu’ zegt mugmetdegoudentand. Vervolgens doet Rijxman iets. Er zitten mensen in een theaterzaal, de zwaartekracht is getrotseerd, men is het moeras van de werkelijkheid ingelopen, er hangen posters in de stad en er staan mooie houten, gebeeldhouwde, naakte popjes ter grootte van barbies – Heideggertjes met schaamhaar en borsten die de Hitlergroet brengen – op het podium.
Rijxman schrijft voorbij het tuinpad, voorbij de buurman. Twijfelend fiets ik na de voorstelling naar huis, langs de stapel brandende vuilniszakken. Mijn pleidooi voor niets doen en dat zo goed mogelijk voelt wat schraal. Omdat de wereld roept, niet terugroepen. Ja, eng toen die hekken op de dam omvielen. Nee, ik schrijf over meer dingen niet.
Dat moet ook angst zijn, dezelfde of andere, dat weet ik niet precies: zeggen wat je niet doet in plaats van wat je te doen staat: je beperken tot de eerste drie zinnen van dit bericht. Zijn of doen was – denk ik – één van de vragen bij Hannah en Martin.