Een ei heeft de warmte van twee pinguïnpoten nodig, en een boel buikvet.

Met schrijven is het alsof ik zowel het ei ben als een onhandige pinguïn. Ik zit vast in een huidplooi, maar echt uitbroeden lukt niet, ik hobbel steeds weg. Mijn brein keert zelden terug naar dezelfde woorden, als het terugkeert denkt het er anders over, het denkt te veel. Het voelt pijn waar geen pijn is, denkbeeldige pijn, een product van het brein. Er is geen probleem. Lees boeken.