De ontmoeting moet ertoe doen.
Met iemand een foto maken.
Ik vind het heel mooi hoe dat dan gebeurt.
We hebben het samen gedaan.
Ensceneren zodat je moet, jezelf een doel stellen zodat je moet, tickets, afspraak met fotomuseum, moeite met weggaan van een plek.
De paniek uitspreken helpt soms om je ervan te verlossen.
Niet meer alles willen controleren.
Toen ging het beter.
Focus op persoon tegenover mij, dan heb ik geen tijd om met mezelf bezig te zijn.
Wil voor foto is groter dan angst.
Verlangen naar foto is groter dan angst.
Waardevol dat iemand mij vertrouwen geeft om foto te maken maar ze vinden het ook bijzonder om gefotografeerd te worden.
Ik dacht dat ik iedereen zou missen.
Ik mis niemand.
Ik heb me nergens thuisgevoeld en hier is dat okay.
Moeilijk om mensen om je heen te hebben die van je houden en die vanalles verwachten. Dat is hier niet. Hier verwacht niemand iets. Dus het voelt minder eenzaam.
Het maken van die foto is belangrijker omdat het mij veel leert over wat ik doe en wat er gebeurt als ik fotografeer. Dat is die controle. Ik probeer die ook te vinden daarbuiten. Het is niet dat mijn camera een wonderding is waardoor ik vertrouwen krijg. Ik ben me bewust van wat er gebeurt. Ik ben gefocust. Dat heb je in een cafe niet.
Ik gebruik die angst ook.
Ik probeer de ander zich ok te laten voelen, op zijn gemak te laten voelen. Ik weet heel erg hoe ongemak voelt.
Ben je aan het vluchten? Of ben je ergens naar toe aan het werken?
Het feit dat ik mensen kan meenemen op mijn reis, dat is de prijs.
Robin de Puy, Kunststof #3212