Het brein is ingesteld op pijn, het negatieve. Het onthoudt het beter, is er meer mee bezig dan met het positieve. In de vorm van dreiging, toekomstig verlies, existentiële angst is het nooit ver weg. Er staat altijd iets negatiefs te gebeuren, of is gebeurd volgens het brein.
Nir Eyal constateert vier neigingen, evolutionair verklaarbaar.
De mens verveelt zich snel (‘boredom’). Zet hem een kwartier prikkelloos in een donkere kamer en hij kiest ervoor om zichzelf na een paar minuten pijnstoten toe te kennen. Liever pijn voelen dan niks, of dan leegte.
De mens piekert, denkt na over al wat misging, mis kan gaan (‘rumination’).
De mens ziet het negatieve eerder, vaker, langduriger dan het positieve, problemen trekken meer aandacht dan kansen, alsof het brein graag intunet op een negatief radiostation (‘negativity bias’).
Hij heeft van het aangename meer nodig om zich even goed te blijven voelen (‘hedonic adaptation’).
We doen alles om ons af te leiden van onze ingebouwde neiging tot het negatieve. Distraction = verlos me van de pijn.
Ieder heeft zijn eigen levensstrategie (werk, drank, sociale media, depressie, sport, meditatie, games, slachtofferschap, zelfmoord, kinderen, medicatie, uitgaan, vrienden, reizen, religie, eten, boeken, schrijven).
Het is normaler om je slechter te voelen dan beter, schrijft Eyal. Omdat dat klopt, lees ik dit boek (‘confirmation bias’).
Na Hooked – hoe bouw je gewoontevormende apps – schrijft Eyal in Distraction hoe je je kunt weren tegen die apps. Als een slimme ondernemer veroorzaakt hij eerst de pijn, verkoopt daarna de oplossing, hij verdient twee keer.