Na de oorlog staat ze symbool voor een dilemma: hebben intellectuelen in dreigende tijden de plicht om onder te duiken zodat ze het geestelijk erfgoed kunnen bewaren? In haar dagboeken stelt Etty Hillesum (1914-1943) zich een andere vraag. Hoe te denken wanneer anderen van jou een minder mens maken? Hoe jezelf vermeerderen wanneer wetten je gelijkstellen aan iets wat het regime in de weg zit? En is blijven denken geen grotere vorm van protest?
‘Ik heb me dikwijls gevoeld en ik voel me nog als een schip, dat een kostbare lading binnenboord gehaald heeft; de touwen worden afgesneden en nu vaart het schip, zo vrij en zo door alle landen en alle kostbare lading voert het met zich mee’ (22 september 1942)
Als ze later met haar ouders en broer naar Westerbork wordt gebracht, wordt de confrontatie met het lijden van anderen concreet. Hoever kan ze haar behoefte aan mystiek achter prikkeldraad nog volhouden wanneer de treinen voor transporten naar Polen moeten worden gevuld? Haar extreme drang naar verinnerlijking dient alleen haarzelf tot troost. Ze voelt dat ze faalt om anderen bij te staan op een manier die hén zou troosten en sterker maken.
‘Dit willen mensen niet erkennen: dat men op een gegeven ogenblik niets meer kan doen, alleen nog maar zijn en aanvaarden’, schrijft ze op 10 juli 1943 vanuit Westerbork aan een vriendin. ‘En met aanvaarden ben ik al heel lang geleden begonnen, maar men mag dat alleen voor zichzelf en niet voor anderen. En daarom is het zo wanhopig moeilijk op het ogenblik voor me hier. Moeder en Mischa willen nog steeds wat doen, de hele wereld op zijn kop zetten en ik sta daartegenover volkomen machteloos. Ik kan niets doen, ik heb nooit iets kunnen doen, ik kan alleen maar dingen op me nemen en lijden. Daarin ligt m’n kracht, en het is een grote kracht. Maar voor mezelf, niet voor anderen.’
stem: Johanna Spaey
perspectief: niet exhaustief of allesomvattend, maar persoonlijk en eigengereid, een kleine encyclopedie in wording over eenzaamheid en alleen-zijn, geschreven voor Douglas Couplands Eleanor Rigby
titel: fantast
bron: Kleine encyclopedie van de eenzaamheid (2018)