Google wil alle informatie ter wereld organiseren. Dat is een moon shot. Ik probeer me het woordje ‘alle’ voor te stellen. Bestaat iets wat zich daaraan onttrekt, wat niet tot informatie reduceerbaar is? Als dat zo is, zou Google waarschijnlijk dát gegeven opslaan, tot informatie maken. Ze maakt toch al steeds meer informatie, lijkt wel, in plaats van zich te beperken tot organiseren. Op het moment dat wij van haar diensten gebruik maken, produceert ze data (‘informatie’). En opdat wij van haar diensten gebruikmaken zorgt ze dat er informatie is.
Het leuke van Google is haar onverzadigbaarheid. Google wil alles scannen, niet alleen websites. Google wil alles hosten, niet alleen filmpjes. Google wil alles vastleggen, niet alleen zoekvragen: onze huizen (Street View), onze boeken (Books), onze computers, wijzelf (Account, Profile, Google+). Als je Googles missie – organize the world’s information and make it universally accessible and useful – doordenkt, wil Google uiteindelijk de mensheid ‘organiseren’ en ‘universeel toegankelijk’ maken en ‘nuttig’.
Er is daarbij een probleem: we kunnen niet in ons binnenste kijken. We weten niet hoe Google ons opslaat, verhandelt en verkoopt, we hebben geen inzicht, hoogstens een vaag vermoeden. Limor Fried pleit voor een Bill of Rights, tweet David Darts. Enkele principes: consumenten, niet bedrijven, bezitten de data die bedrijven verzamelen. Iedereen die publiekelijk data verzamelt moet die data delen. Gebruikers kunnen data deleten, backuppen of privé houden. Dit kan als de software waarmee die data verzameld wordt open source is.