Ik sta voor de kathedraal in Amiens (1269) en denk aan internet, verreweg het meest indrukwekkende bouwwerk dat ik ken – al staat het in de steigers, is het nog lang niet af.
Ik waan me een Middeleeuwer, hoofd in de nek, sprakeloos, een kruis slaand. Honderden gebeeldhouwde figuurtjes zuchten en steunen onder een Laatste Oordeel. Like. Dislike.
Internet is te immens, te onzichtbaar ook, om te bevatten. Ik zit er met mijn neus te dicht op. In 2200 weten we misschien welke eredienst, welke god [etc].
Bij de voorgevel, onder aan de trappen van de kathedraal staat een witte bus met de tekst ‘protection anti-pigeon’. Als je de website die bij de bus hoort bezoekt verschijnt er uitleg over verschillende manieren om je van duiven te ontdoen.
Aan de andere kant van het plein, tegenover de kathedraal, staat op drie hoog, een vrouw in een raamopening. Door de lens van mijn camera kan ik haar zien. Een zwerm duiven vliegt naar haar toe, pikt aan haar voeten, waar ze voer strooit en blijft strooien, want ik heb geklikt.
Overal werken tegengestelde machten en krachten.
Enkele feiten die ik vandaag via een raaf binnenkrijg: Adolf Hitler was één van de soldaten bij de Slag aan de Somme. Hij liep tijdens deze slag lichte verwondingen op aan het gezicht.
[…] bij een uitval uit het wel veroverde Compiègne werd Jeanne gevangen genomen door de Bourgondiërs (1430). Die verkochten haar aan het eind van het jaar aan de Engelsen.
Tussen de Duitse en geallieerde loopgraven lag een strook modder, omgeploegd door granaatexplosies en infanterie, en bezaaid met landmijnen en prikkeldraad. Dit was het niemandsland. Het enige wat groeide op het niemandsland en in de loopgraven was de klaproos (papaver).
Deze feiten wachten op een verhaal.