Vroeger wilde ik ruimte op mijn computer besparen, ik perste lucht uit afbeeldingen, liet een olifant op een matras ploffen. De afbeelding werd daar lelijk van, vol vlekken, wazig. Ik deed het liever niet. Een citaat bewaren is een andere werkwijze, maakt het overblijfsel niet lelijker, daarom houd ik van citaten.
‘Mijn vraag is hoe je moet leven in een wereld die niet lacht.’
Hayao Miyazaka (Miya-san) scharrelt rond in de studio, kijkt naar een veldje, naar een groep kleine kinderen die hem feliciteren en jelly beans van hem krijgen, zucht, gumt een tekening uit, ziet iedereen om zich heen sterven, ook Isao Takahata (Pak-san) zijn grootste rivaal en leermeester, is moe, doet dutjes, is nooit tevreden. Hij lijkt zelf te sterven voordat de film af is, zo lang duurt de film, nog weer een jaar voorbij, weer iemand dood, weer schoolkinderen, weer jarig, weer gummen en jelly beans. Hij rouwt, vraagt ‘waarom gaan we dood?’ wat niet zomaar een verzuchting is, hij denkt steeds aan Pak-san. Geeft hem een plek in zijn animatiefilm, wat niet raar is, fictie komt ergens vandaan.
[bij het kijken van Hayao Miyazaki and the Heron (2024), documentaire over het maakproces van The Boy and the Heron (2023)]