Als ik zou stoppen met werken en een museum zou beginnen in Tuindorp Oostzaan – waar een erfgoedachtige museumwoning zit waar je niet mag fotograferen en verder niks – zou het over fotografie gaan. Ik zou enkele flipbooks van Bas Fontein tentoonstellen alhoewel zich dan meteen een probleem zou voordoen. Ik durf ze nauwelijks te flippen. Met romans (angst voor gebroken ruggen) heb ik het ook. Daarom is internet zo fijn: daar beduimelt iedereen lekker zijn eigen toetsenbord. De flipbooks ontroeren me. In Einmal um die Welt zie je de oma van Bas Fontein op vakantie, tijdens weekendjes weg en dagjes uit. Oma zit in een rolstoel. In 37 foto’s draait oma precies 360 graden om haar as. Wat een fijn concept. Misschien hoeft dat museum niet, misschien is vertellen genoeg. Nee onzin, dit onbesuisd verlangen moet een sentimenteel museum worden. Ik wil huilen. Daar is beeld voor nodig. (Heb ik ooit gehuild via de omweg van tekst? Ik graaf in mijn geheugen.) Ik heb nog een geweldig flipbook van Volker Gerling van een dik jongetje onder een viaduct, Junge am Kanal (Münster, 2006). Ontbloot bovenlichaam. Pubervetborsten. Kanaalspringer. Stoer, maar dat houdt hij niet vast. En ik zou willen dat Zoe Strauss in Amsterdam Noord kwam fotograferen (I-95).