De dood is altijd even dichtbij, en altijd in gedachten, schrijft Montaigne. ‘Op hoeveel manieren kunnen wij niet verrast worden door de dood? Geen mens kan zich hoeden voor alle gevaren die hem van uur tot uur te wachten staan. En dan heb ik het nog niet eens over koortsen en pleuris.’ Dan somt hij een aantal op. Aeschylus stierf door een schildpad die een overvliegende adelaar uit zijn klauwen liet vallen. Dat verzin je niet, en daarom lees ik Montaigne graag. Zijn abstracties gaan altijd vergezeld van voorbeelden, het meest concrete voorbeeld is hijzelf. Zijn gedachten zijn veranderlijk als het weer. Elke minuut, ontspringt hij, de dood indachtig, de dans, schrijft hij. En dat is een goede reden om jezelf te bevrijden van al te ambitieuze plannen, heilloze impulsen, projecten die een te lange adem vergen. – De essays, Michel de Montaigne (vert. Hans van Pinxteren, Atheneum – Polak & Van Gennep)

«
»