Linnaeus bedacht een bloemenklok, met planten en bloemen die op verschillende tijden van de dag openen en sluiten.
Hij bedacht de klok, hij maakte hem niet.
Wij zijn klokken. Onze lichamen reageren op de zon, de maan, eb en vloed, de seizoenen, hormonen, magnetisme, zwaartekracht, temperatuur, ons metabolisme. Iets in ons wil synchroon lopen.
‘Computers do not really care about time. They are machines operating on internal clocks that are not chronological, but events-based: This happens, then that happens. They don’t care how much – or how little – time passes between each step of the sequence.’ (Present shock, Douglas Rushkoff)
Het zou van efficiëntie getuigen wanneer computers zich aan onze biologische ritmes en cycli aan zouden passen. Ons beter zouden benutten. We zouden ons beter voelen.
Maarten Baas maakte een klok van mensen. In één variant – hij maakte er meer – vegen twee mensen in real time afval een paar centimeter vooruit. Die strook afval vormt, van bovenaf gezien, de wijzer van een klok.
De mensjes zijn piepklein, ze dragen blauwe uniformpjes, ze zijn druk bezig, een vredig tafereel, in de verte. Zo stel ik me voor dat Google Maps Satellite View er binnenkort uitziet, een real time klok, met seizoenen.