Gouden bergen leidt naar The Game, Alessandro Baricco, naar Will Storr, Selfie, Trick Mirror, Jia Tolentino (even twijfel ik over audioversie, ze leest zelf voor). Will Storr leidt naar Will Storr, The Science of Storytelling: Why Stories Make Us Human and How to Tell Them Better, Jia Tolentino naar Jenny Odell’s How to Do Nothing.
Ik heb nooit geloofd in een essay als weerslag van denken, eerder het omgekeerde, schrijven stopt het denken, ook als het springerig lijkt. In woorden roep je op wat je zag, hoorde, las, schrijven doe je achteraf.
Schrijven gaat over ordenen, componeren, een bouwwerk metselen, de wirwar aan indrukken en notities en beelden en zinnen een plek geven. Schrijven is het moment waarop je iets vastzet.
Lezen is zoveel vrijer, de geest zweeft autonoom boven de woorden als een arend boven bos of zee. Je bepaalt de al-of-niet duikvlucht, het gras, het water, de prooi liggen voor het grijpen.
Een boek is een worm die de geest binnendringt, een slak die een slijmspoor achterlaat, de woorden staan daar niet vanzelf, ze duurden jaren, maar wel als je leest.
Ik wandel de omgekeerde weg als ik de titels, de sporen, noteer van de boeken die het boek dat in mijn handen ligt mogelijk maakten.