Hij consumeert twee hyperintelligente ik-boeken tegelijk.
‘Arjen Duinkers Autobiografie tot op de dag van vandaag, één lang gedicht, las ik moeiteloos door (na de slotpagina volgde slechts een imponerende bibliografie), terwijl ik hopeloos bleef haperen in de korte stukken uit Nina Weijers’ Zelf doen. Hoe dat?
Op pagina 20 is er sprake van ‘dit blad’, wat Weijers’ formele uniformiteit verklaart: columns. Pagina 45 meldt: ‘Ik houd niet van zinnen die beginnen met “Als kind”’. Mijn geduld raakt op en ik steek binnendoor. Na meer dan 300 pagina’s is er, behalve een bibliografie met een overmaat Engels en Der Zauberberg in eerste druk, een dankwoord. Daar worden mensen uitsluitend bij hun voornaam genoemd.
Zelf doen is blijkbaar voor intimi, een jullie. Zo waan ik me extra bevoorrecht om als één van de vele geïmpliceerde jijen Duinkers verhulde autobiografische autobiografie te hebben meebeleefd.’
[Ik hoef in het warenhuis enkel op de knop te drukken voor Arjen Duinkers Autobiografie tot op de dag van vandaag (2022). Het boek is tweedehands verkrijgbaar voor de helft van de nieuwprijs. Welkom IMH! Zelf doen zit in de gratis bibliotheek, waar ik glurend op geabonneerd ben. Welkom Natasja! Ze heeft stofzuigerzakken besteld en Ons binnenste buiten, een stel kaarten met neutrale en prikkelende vragen waarmee je als professionals met elkaar in gesprek kunt gaan. Elk lezen is een volgend lezen en ik ben blij dat ik vandaag klakkeloos kan klikken, iemand heeft vóór mij gelezen. Er zal toch één column schitteren als een stuk gekleurd glas, één steen om te rapen? Ik stop het boek in haar boekenkast zodat ik het kan lezen en denk aan de sciencefictionfilm waarbij boeken één voor één uit de boekenkast tuimelen: iemand uit de toekomst communiceert op die manier met het heden. Denkt ze iets als ze Zelf doen aantreft – zoals je misschien als ouder iets van je kind aantreft op bed, onder bed, in bed, in de prullenbak?]