Er zijn mensen die leven van licht en lucht en niet op mieren trappen.
Ik wil haar meer vertellen maar mijn geest blijft leeg, op dat ene detail na. Het geheugen lijkt vooral een plek voor beelden: ik zie een grasveld, iemand die voorzichtig loopt, zijn voet nergens kan plaatsen, stilstaat. Ik zie Wilrijk, België.
De jain kennen een ziel toe aan ieder levend wezen en ook aan planten en water. Niet iedere ziel is in gelijke mate bewust, maar iedere ziel heeft wel de potentiële mogelijkheid tot bewustzijn en geluk.De jain hanteren een vergaande vorm van geweldloosheid, zullen nooit opzettelijk een bewust wezen het leven ontnemen, oefenen daarom geen beroepen uit die te maken hebben met visserij, jacht, slacht.
Dit vormde op lange termijn geen probleem. De jain ontdekten dat zij hogere inkomsten konden verkrijgen in beroepen als bijvoorbeeld koopman, handelaar, winkelier en bankier.
De jain vegen het pad waarop ze lopen van tevoren schoon met een bezem om de kans dat ze een dier vertrappen te minimaliseren.
De jain dragen doeken, muhapatti, over mond en neus om te voorkomen dat ze insecten inademen, of dat speeksel op boeken valt.
De jain eten geen wortelgroenten, omdat je hiermee belemmert dat de plant verder groeit.
Een aantal boeddhisten maakt de jain belachelijk :
‘Als het plezier en de pijn die wezens voelen veroorzaakt wordt door wat gedaan werd in het verleden, dan moeten de jain zeer zeker heel slechte dingen in het verleden hebben gedaan, omdat zij nu van die pijnlijke doordringende gevoelens hebben.’
Het gaat niet om gedrag, maar om intentie van gedrag. Boeddhisten kunnen rustig vlees eten, omdat het eten daarvan niet de intentie heeft een dier te doden.
Hoe te leven blijft de vraag. Je kunt gedrag overschrijven met gedrag.
Ik haal nul hoop uit de psychologieboeken die ik lees: elk diep ingesleten gedrag (‘gewoonte’) kan elk moment getriggerd worden, de zintuigen en associaties en de verwachte beloning hebben een onuitwisbaar spoor gevormd.
‘vers gebakken brood’, ‘vers gemaaid gras’, ‘een sigaret na eten’, ‘roddelen’.
Je vervangt verslavingen best door een nieuwe verslaving: asceet worden, regels, gewoonten.
Er zijn vier miljoen jain. Ze heten allemaal Jain (familienaam). Ze hebben hun hartstochten overwonnen, dat zit in de naam.