We needed to stop asking about the meaning of life, and instead to think of ourselves as those who were being questioned by life – daily and hourly. – Viktor E. Frankl, Man’s Search for Meaning
Ik wil niet opgeven, niet vandaag, zet een kop koffie en zie als ik in het pikdonker weer in bed kruip de twee verlichte kamers aan de overkant van de straat, waar de twee buurvrouwen de zes kleine kinderen aankleden, hun lichaampjes in zes kleine warme jasjes proppen. Ik lees mezelf uit een vacuüm met de holocaust-ervaringen van Viktor E. Frankl. Dit boek is zo indrukwekkend dat dat lukt. Zolang je een ‘why’ hebt om voor te leven, kun je vrijwel elke ‘hoe’ verdragen. In het kamp was dat voor Frankl de gedachte aan zijn vrouw en aan zijn manuscript. We zijn betekeniszoekende wezens, zijn ideeën over de mens strookten niet met Freud (Search for pleasure) en Adler (Search for power). Hij gelooft niet in een retrospectieve en introspectieve aanpak bij psychotherapie, betekenis ligt in de toekomst. Er is spanning nodig tussen nu en de toekomst. Die spanning, tussen wat nu is en wat zou kunnen zijn (potential meaning) levert levenswil, maakt dat je verder kunt leven. Volgens Frankl bestaat het antwoord op de vraag naar The meaning of life uit The meaning of my life, en die is duizendvoudig. Ze verandert seconde na seconde, dag na dag, situatie na situatie, ze bestaat uit hoe je antwoordt.