De langzaamste vissen zijn de zeepaardjes. De langzaamste van deze, de Hippocampus zosterae, bereikt een snelheid van ongeveer vijf meter per uur.

Langzaam is een mogelijk levensdoel. Als je je langzaamheid kunt veroorloven heb je weinig natuurlijke vijanden of niemand boven je die nu wat van je wil of je hebt voldoende tijd. Opjagen is een vijandig woord. Luiheid, naar binnen gekeerde extreme langzaamheid, is in principe nastrevenswaardig. Ik luister twee uur lang naar de Youtube-lectures van Jordan Peterson, terwijl ik naar een verwegge winkel loop, en hoor een mannelijke variant van Caroline Myss, maar vooralsnog zonder mystiek, en zonder de prikkelende onthechtheid van Myss die zegt ‘dan doe je het toch lekker niet?’ Who cares? Hij zegt dat je een doel moet hebben en moet plannen op een kalender hoe dat doel eruit ziet – wat is dan je ideale leven? – en daar micro-acties aan koppelen en hij praat snel, hij propt veel woorden in een uur alsof hij je wil overweldigen met de hoeveelheid van zijn woorden, en met kennis, hij laat een bewering in de vorige zin volgen met vermelding van een onderzoek in een volgende. Zo haalt hij uit gedrag van lobsters en het serotonine-gehalte na een gevecht een leefregel. Zo kan het: verhalen vertellen met metaforen die je tegenkomt in wetenschappelijk onderzoek. Wat moeilijker is is verhalen vertellen die niets voorschrijven. Onder zijn lectures ligt ‘hoe te leven’ en niet waarom. Dat lijkt gegeven. Loop rechtop.

«
»