Misschien is het goed dat liefde andere vormen aanneemt, dat ze de ruimte krijgt, kan loslopen. Ze stuurt me vogels, leven, lente, een nest vol ongeduld en kwetsbaarheid, op een balk in een kale fietskelder, met een iets grotere vogel die wormen brengt – als was een worm zo’n bericht, dit appje van haar. Dat het misgaat en dat ze zegt, het komt. Dat ze stilstaat, het vastlegt – en op een raadselachtige manier altijd in zeeën van tijd ronddobbert, 1 minuut voordat iets begint, vertrekt, afvaart. Ze drijft me tot waanzin met de stressloosheid die ze voorwendt waarmee ze me tot waanzin drijft. Waar begin ik? Cialdini heeft het over wederkerigheid. We willen graag iets terugdoen voor een ander, een mentale schuld vereffenen. Hij heeft het over sympathie, voor iemand die we mogen doen we alles, of geldt dat iemand die we mogen alles mag? We hangen in hetzelfde systeem (roosters, vergaderingen, uren, cijferlijsten) – maar willen daarnaast iets anders en dat andere, niet of het systeem al dan niet voldoet, voedt me. Ik ben zo benieuwd of ze het gaat najagen. Love is such an easy game to play.