De belangrijkste vraag is wat te doen, omdat je prima kunt leven zonder te doen (televisie, internet, boeken, bomen, bos). En vervolgens, met wie, niet doen gaat prima alleen. Of anders, van wie, want iemands shit gaat wel in je hoofd zitten. Leven is een waardeoordeel. Ademhalen is instemmen. Niet doen is instemmen. Is laten leven een daad of luiheid? Van alle maken is doodmaken het volmaakste. Een dichter is de enige die zoiets kan schrijven, woorden wegen niets. Omdat de wereld nu eenmaal is zoals hij is, moeten we weten hoe er ons te gedragen. Je kunt gek doen, het gaat vervelen. Iets dat zijn bekoring aan een tegenstelling ontleent kan niet gecontinueerd worden. Wie ongewoon doet, moet zijn ongewoonheid voortdurend uitventen, hij valt in herhaling. Het gaat vervelen. Ik zie iedereen ouder worden. Observeren is niet de manier om dingen te zien. Om waarlijk te zien is een zekere gedachteloosheid nodig. Als de blik gedachteloos op de wereld rust vallen de dingen vanzelf door de ogen in de ziel. De positie van de onopvallende burger is de beste observatiepost voor het leven. De vragende mens en de zwijgende wereld sommen het wel zo’n beetje op. Houd van de mensen en heb de dingen lief.
(bij het lezen van Bomans, Camus, Kouwenaar)